Dorp aan de rivier |
Na enig zoeken vinden we een redelijke kamer in het Akdag Hotel in een rustige straat binnen het ommuurde stadsdeel. In plaats van redelijk zou de classificatie goed genoemd kunnen worden, maar de TV is een min punt. Het beeld is zwart wit met willekeurig groene strepen, ik weet niet of het een zwart wit of een kleuren TV is. Ik heb de hotelbaas er al bij gehad en hoewel ik nadrukkelijk op de groene contouren in beeld wees begreep hij niet wat ik bedoelde, hij zag niets abnormaals. Een pluspunt van het hotel is de gebedsmat op de kamer, hierop kan ik mooi wat lenigheidsoefeningen doen. De WC kan niet met een handeltje of drukknop doorgetrokken worden, je moet het hele porcelijnen bovenstuk optillen en weer terug op de plaats leggen. Maar dat geeft geen plus- of minpunten, dat is gewoon de gebruiksaanwijzing die even moet ontdekken.
Smal straatje in Diyarbakir |
In één van de drukke straten staat een kleine tank van de politie met een ronddraaiende periscopische camera op het dak. Binnen zitten twee agenten op monitoren de gang van zaken op straat in de gaten te houden.
We komen bij de Ulii Cami, de Grote moskee, een van de belangrijkste gebouwen van Diyarbakir en een van de heiligste plekken van de Islamitische wereld. Het mooie gebouw is opgetrokken uit zwart basalt afgewisseld met witte kalkstenen banden met ook een prachtig binnenplein.
Als we in wat achterafstraatjes belanden krijgen we een hele horde achterbuurtkinderen achter ons aan in de smalle straatjes en steegjes. De gezinnen in deze buurt zijn arm, veel kinderen zijn klein en mager. Eerst is het wel nog wel leuk, maar als een paar opgeschoten jongetjes ons aanklampen en bij de arm pakken en "money, money" roepen kijken we er heel anders tegen aan. Als we duidelijk maken dat we niet van hun opdringerigheid gediend zijn worden ze vervelend en besluiten we weg te gaan uit deze buurt. De brutaalste gooit ons nog steentjes achterna. Hij kan goed gooien, want hij raakt mij ook nog achter tegen mijn been. Hij heeft zeker geoefend bij relletjes die hier dus zo nu en dan plaats vinden.
Om even bij te komen gaan we koffie en thee drinken in de Hasan Pasha Inn, een vroegere karavanserai (herberg), waar nu restaurantjes in zijn gevestigd. Het is een prachtig gebouw, vanaf een zitje op het balkon hebben we mooi zicht op de bedrijvigheid beneden. Als we net rustig zitten komt er een man bij ons zitten die in redelijk Engels een gesprek aan knoopt. Wel leuk om even wat te praten, maar als hij vraagt in welk hotel we zitten, weten we al genoeg. Als hij daarna vertelt dat het leuk is om over de stadsmuren te lopen als je een gids bij je hebt en hij het gesprek hier telkens weer op terug brengt, ben ik snel met hem klaar. In mijn beste Engels maak ik hem duidelijk er bij is komen zitten om ons een gids aan te praten hij beter snel op kan hoepelen. Ik weet niet meer welk Engels woord ik voor "ophoepelen" heb gebruikt, maar hij is vlot vertrokken. Hierna krijg ik van An op de kop dat ik dit wel wat subtieler had kunnen zeggen, maar dat komt door mijn beperkte Engelse woordenschat.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten